Blokkeertractor in Albergen symboliseert de staat van ons land
Achteraf misschien toch maar goed, dat de kandidaten van De slimste mens niet zo veel van Twente wisten.
Stel je voor dat weervrouw Marjon de Hond in een eerste opwelling niet Achterhoek had gepreveld, maar Albergen. Dat zou namelijk hebben betekend, dat de rest van Nederland deze regio vooral associeert met sluimerende xenofobie op het dieptepunt van de asielcrisis. Had zomaar gekund, want nog niet zo lang geleden zat ik als Tukker met het plaatsvervangende schaamrood op de kaken voor de buis toen avond na avond in nieuwsrubrieken en talkshows Albergen voorbij kwam als brandhaard van het verzet tegen de (nood)gedwongen opvang van asielzoekers.
Nadat er een compromis was bereikt – 150 asielzoekers in plaats van 300, strikte afspraken over de maximale levensduur van het azc – leek de rust (en de redelijkheid) terug te keren in Albergen.
Leek. Want - terwijl de talkshows inmiddels met andere ophef voor het broodnodige vertier voor het volk zorgden - bleef het verzet in Albergen sluimeren.
Afgelopen week kwam het opeens weer aan de oppervlakte. Eerst was er een artikel in de regionale courant dat er een klein half jaar na de ophef nog geen asielzoeker/statushouder werd opgevangen in het voormalige hotel in Albergen, dat moet worden omgebouwd tot azc.
Merkwaardig. Immers, een klein half jaar geleden was de asielnood zo hoog dat er met stoom en kokend water en de nodige drang en dwang vanuit Den Haag een azc voor 300 asielzoekers moest komen in Albergen. En nu is er nog niks noemenswaardig gebeurd om die nood te lenigen.
Integendeel. In Albergen zien we nu op kleine schaal weerspiegeld hoe in ons voorheen gave landje gansch het raderwerk stil komt te liggen omdat laffe bestuurders en politici van verschillende signatuur decennia lang problemen doelbewust hebben gebagatelliseerd en voor zich uit geschoven. En nu houden diezelfde laffe bestuurders en politici – lokaal, regionaal, provinciaal en nationaal – en de vertolkers van het sluimerende volkse verzet elkaar in een verstikkende houdgreep.
Wat is er in Albergen aan de hand? Geschrokken van alle ophef besloot de rijksoverheid (in casu het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers) wat gas terug te nemen, te kiezen voor het overlegmodel en alles volgens het boekje te doen. Dat laatste, bijvoorbeeld, door pas vergunning voor een verbouwing aan te vragen als aan alle wettelijke en andere voorwaarden was voldaan. Gevolg: de gemeente Tubbergen leunde genoegzaam achterover en wachtte rustig af. In de wetenschap, onder meer, dat zo’n vergunning voorlopig niet wordt afgegeven omdat inmiddels de bouwvrijstelling stikstof door de Raad van State van tafel is geveegd.
Intussen wacht ook het sluimerende volkse verzet, dat mag meepraten in haastig opgetuigde overlegcommissies, min of meer rustig af. Elke gelegenheid aangrijpend om het voortgangsproces te frustreren.
Zo zette een vertegenwoordiger van het sluimerende volkse verzet afgelopen week zijn tractor voor het toekomstige azc. Precies op de plek waar stratenmakers begonnen waren met de aanleg van een parkeerplaats. Die actie was bedoeld als protest tegen de – volgens omwonenden - gebrekkige communicatie van het COA. In een nieuwsbrief had het COA keurig gemeld dat er een voorziening voor langsparkeren zou worden gerealiseerd. Een soort Kiss & Ride, dus. De omwonenden lazen daar echter – al dan niet moedwillig – langparkeren (dus zonder s) in.
En zo stond er dus afgelopen week opeens een tractor voor het toekomstige azc in Albergen, waar de stratenmakers maar zo goed en kwaad als het ging omheen moesten werken.
Dat beeld van die tractor op die parkeerplaats in aanleg in Albergen, symboliseert treffend de staat van ons land. Een landsbestuur dat wanhopig probeert heen te werken om een zelfgecreëerd probleem. En daarbij ook nog eens wordt gehinderd door een blokkeerboer.
Stel je voor dat weervrouw Marjon de Hond in een eerste opwelling niet Achterhoek had gepreveld, maar Albergen. Dat zou namelijk hebben betekend, dat de rest van Nederland deze regio vooral associeert met sluimerende xenofobie op het dieptepunt van de asielcrisis. Had zomaar gekund, want nog niet zo lang geleden zat ik als Tukker met het plaatsvervangende schaamrood op de kaken voor de buis toen avond na avond in nieuwsrubrieken en talkshows Albergen voorbij kwam als brandhaard van het verzet tegen de (nood)gedwongen opvang van asielzoekers.
Nadat er een compromis was bereikt – 150 asielzoekers in plaats van 300, strikte afspraken over de maximale levensduur van het azc – leek de rust (en de redelijkheid) terug te keren in Albergen.
Leek. Want - terwijl de talkshows inmiddels met andere ophef voor het broodnodige vertier voor het volk zorgden - bleef het verzet in Albergen sluimeren.
Afgelopen week kwam het opeens weer aan de oppervlakte. Eerst was er een artikel in de regionale courant dat er een klein half jaar na de ophef nog geen asielzoeker/statushouder werd opgevangen in het voormalige hotel in Albergen, dat moet worden omgebouwd tot azc.
Merkwaardig. Immers, een klein half jaar geleden was de asielnood zo hoog dat er met stoom en kokend water en de nodige drang en dwang vanuit Den Haag een azc voor 300 asielzoekers moest komen in Albergen. En nu is er nog niks noemenswaardig gebeurd om die nood te lenigen.
Integendeel. In Albergen zien we nu op kleine schaal weerspiegeld hoe in ons voorheen gave landje gansch het raderwerk stil komt te liggen omdat laffe bestuurders en politici van verschillende signatuur decennia lang problemen doelbewust hebben gebagatelliseerd en voor zich uit geschoven. En nu houden diezelfde laffe bestuurders en politici – lokaal, regionaal, provinciaal en nationaal – en de vertolkers van het sluimerende volkse verzet elkaar in een verstikkende houdgreep.
Wat is er in Albergen aan de hand? Geschrokken van alle ophef besloot de rijksoverheid (in casu het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers) wat gas terug te nemen, te kiezen voor het overlegmodel en alles volgens het boekje te doen. Dat laatste, bijvoorbeeld, door pas vergunning voor een verbouwing aan te vragen als aan alle wettelijke en andere voorwaarden was voldaan. Gevolg: de gemeente Tubbergen leunde genoegzaam achterover en wachtte rustig af. In de wetenschap, onder meer, dat zo’n vergunning voorlopig niet wordt afgegeven omdat inmiddels de bouwvrijstelling stikstof door de Raad van State van tafel is geveegd.
Intussen wacht ook het sluimerende volkse verzet, dat mag meepraten in haastig opgetuigde overlegcommissies, min of meer rustig af. Elke gelegenheid aangrijpend om het voortgangsproces te frustreren.
Zo zette een vertegenwoordiger van het sluimerende volkse verzet afgelopen week zijn tractor voor het toekomstige azc. Precies op de plek waar stratenmakers begonnen waren met de aanleg van een parkeerplaats. Die actie was bedoeld als protest tegen de – volgens omwonenden - gebrekkige communicatie van het COA. In een nieuwsbrief had het COA keurig gemeld dat er een voorziening voor langsparkeren zou worden gerealiseerd. Een soort Kiss & Ride, dus. De omwonenden lazen daar echter – al dan niet moedwillig – langparkeren (dus zonder s) in.
En zo stond er dus afgelopen week opeens een tractor voor het toekomstige azc in Albergen, waar de stratenmakers maar zo goed en kwaad als het ging omheen moesten werken.
Dat beeld van die tractor op die parkeerplaats in aanleg in Albergen, symboliseert treffend de staat van ons land. Een landsbestuur dat wanhopig probeert heen te werken om een zelfgecreëerd probleem. En daarbij ook nog eens wordt gehinderd door een blokkeerboer.