Perspectief

Robert Beernink 26 december 2024, 12:36
In de echte wereld betekent ‘perspectief’ meestal wat of hoe iemand vanuit een bepaalde positie, oog- of invalshoek zelf waarneemt. In fictie is dat anders; daar is het de keuze van de schrijver vanuit welke bron of bronnen je de lezer je verhaal laat vertellen en beleven.

Je kunt er dus je eigen draai aan geven door je keuze te laten afhangen van wat het beste werkt: van de alwetende verteller tot wat één personage uitspookt, zonder meegeleverde overwegingen die tot dat doen en laten leiden.

Het spreekt vanzelf dat in een detectiveverhaal lang meer verborgen blijft dan in een pornografisch scenario. Het gaat dus om keuzes die het verhaal optimaal tot zijn recht laten komen. Ik heb de volgende keuzes gemaakt.

Pad van Kleren’ (2020) wordt verteld vanuit het perspectief van een hoofdpersoon. De lezer deelt in zijn daden, gedachten en gevoelens. De interactie met zijn omgeving verdiept die kennis tot in de ziel van zijn karakter, waardoor ook een beeld in het hoofd van de lezer ontstaat van de andere personen in het boek.

Kruipruimte’ (2019), geschreven in de ‘ik’ vorm, begint bij 0, het moment waarop de hoofdpersoon een woning betrekt. Vervolgens wordt in hoofdstukken, om en om, verteld wat voorafging aan 0 en wat de hoofdpersoon na 0 overkomt. De reden dit zo te doen was de koppeling en afhankelijkheid tussen verleden en heden steeds voor ogen te houden.

Het verhaal van ‘de zAligen’ (2018) leest, hoewel oude sagen ook een rol spelen, chronologisch, kent een hoofdpersoon, maar ook verhaallijnen waarin hij niet voorkomt. De belangrijkste uitdaging was de verschillende lijnen op een duidelijke, aanvaardbare en natuurlijke wijze bij elkaar te brengen in een zinderende confrontatie.

Binnen het domein van het onderwerp ‘perspectief’ neemt het begrip ‘parallax’ een bijzondere plek in. 
Ik doel hier met name op een facet uit de fotografie. Door de zoeker van een eenvoudige camera kan een te fotograferen in een iets andere positie zijn dan vanuit het opnameobjectief werd waargenomen. Dat komt doordat objectief en zoeker niet op dezelfde positie of direct achter elkaar zitten, maar enkele centimeters van elkaar verwijderd zijn.

Daarvan gebruik makend, ontstonden in het verhaal van ‘de zAligen’ bijzondere perspectieven. In fantasy is immers alle mogelijk, mits, zoals ik eerder als schreef, de verbinding met de realiteit voldoende intact blijft.
Het perspectief dat ik gebruik in mijn nieuwe boek ‘Plagwijk – dorp langs de rand van het land’ (verschijnt naar verwachting in 2024), wordt primair bepaald door de indeling van het boek: als een filmserie. Het verhaal wordt verteld in drie seizoenen van elk negen afleveringen. De lezer krijgt gebeurtenissen en dialogen voorgeschoteld waardoor hij of zij zelf inhoud kan geven aan de diepere lagen, waaronder beweegredenen maar ook zelf de connecties maken door te associëren tussen gebeurtenissen in het boek en ook daarbuiten. Dat hoeft niet, maar geeft een lekkere extra laag mee, die het doel van dit boek, te weten de overeenkomsten van menselijk gedrag in verschillende situaties, op een uitvergrote manier aan te tonen.

Voor light verse geldt dezelfde afweging als voor proza: wat maakt een lichtgedicht zo kort en krachtig mogelijk. Iets vanuit jezelf vertellen is zeer krachtig en verdient de voorkeur, tenzij een ander perspectief beter werkt.

Bovendien wil hij of zij uiteindelijk niet altijd en overal zelf opdraaien voor wat is opgeschreven!

Ergo, perspectief is een aangenaam speeltje van de schrijver.