Profiel

Robert Beernink 26 november 2024, 12:10
Ik had grootse voornemens, wilde als auteur streven de intrinsieke waarde van taal te vergroten door met mooie, ontroerende, grappige en exorbitante verhalen, stilistisch geschreven in volle zinnen met de juiste woorden op de juiste plek, lezers uit te dagen onontgonnen gedachten te delven en nieuwe te creëren.
 
Die voornemens heb ik overigens nog steeds, maar wat ik hierboven in nogal pedante toonzetting heb neergeschreven, ontbeert elke aanwijzing hoe dat te realiseren valt.
 
Een wens zonder instrument vervliegt al snel in een onhaalbare droom.
 
Dat heb ik niet zelf bedacht. Ik zag mijn verhalen, cursiefjes en light-verse lange tijd als zelfstandige entiteiten die ik losliet om in de hoofden van lezers te laten neerdalen en bezinken.
 
Alsof dat vanzelf gaat!
 
Echt monopolistische schrijvers met autoriteit zijn er niet meer. Er zijn wel zeer bekende, minder bekende en vrijwel onbekende auteurs. Zeer bekend zijn vooral ook landgenoten die voor een andere reden dan literatuur beroemdheid genieten, waardoor publiceren over hun levens en gedachten als vanzelf een groot publiek trekt.
 
Dat is overigens geen waardeoordeel, ik geef ze gelijk. In de kern doen zij wat een auteur die zich verder wil ontwikkelen ook zou moeten doen: steeds weer bevestigen waar mensen aan denken als ze de naam van zo’n BN’er horen. De gedachte die opborrelt, niet zelden een aperte mening, wordt keer op keer bekrachtigd in hetgeen de biograaf, die is erbij betrokken is om dat beeld en gevoel in de juiste balans mee te geven, heeft neergepend.
 
De schrijver die een authentiek oeuvre nastreeft, moet het zonder biograaf doen. Wel is er hulp, en dan doel ik niet op schrijfcoaches, recensenten en ander goedbedoelde steun waar vooral internet mee uitpuilt. Dat zijn vaak mensen die in hetzelfde schuitje en op hetzelfde niveau zitten en door nieuwe contacten zelf vooruit willen komen. Dat is natuurlijk hun goed recht.
 
Het heeft me enkele pogingen gekost voordat een literair agent mij in haar portefeuille wilde opnemen. De weg daarnaartoe was al leerzaam: hoe presenteer je jezelf zodanig dat een agent er brood in ziet tijd en energie aan jou te besteden.
Dat is dus gelukt en ik ben er zowel erg blij mee als zeer verguld.
 
Het eerste project dat we samen hebben opgepakt is het ontdekken van het antwoord op de vraag die al eerder werd gesteld: waar denken mensen aan als ze jouw naam horen?
 
Tijdens indringende gesprekken hebben we een antwoord op die vraag gevonden, dat wil zeggen met een nuance: waaraan denken mensen over, zeg vijf jaar, als ze jouw naam horen? En welk traject hoort daarbij om dat te bereiken?
 
Het begint met de basisvragen: ‘Wie ben je?’ en ‘Wat doe je?’ Hoe koppel je het schrijven aan je persoon? Zonder ook maar een van mijn zelfbenoemde doelen los te laten, kwamen we tot een motto, een ‘tagline’:
Robert Beernink is auteur van kleine grote verhalen.
 
Ik kan niet korter verwoorden wat werk en auteur, uitingen en persoon, dichter bij elkaar brengt. Bij eerste lezing lijkt dit wellicht benauwend, maar het tegengestelde is waar: het geeft enorme vrijheid.