Marja Roozendaal, klassiek homeopaat
Waar is goeie ouwe weerstand gebleven?
Er zijn toch een aantal raadsels…
Dat wil zeggen, waarnemingen waar ik het antwoord schuldig op moet blijven. Hoewel ik daar natuurlijk wel m’n gedachten over heb. Deze raadsels begonnen een aantal jaren geleden. Wat zullen we zeggen… een jaar of 8 à¡ 9, denk ik. Misschien ook ietsjes langer, want de tijd gaat snel. Normaal gesproken heb je golven in de weerstand van kinderen en volwassenen. Normaal gesproken hadden we bijvoorbeeld een heerlijke zomervakantie, kinderen 6 weken vrij en vol energie weer naar school in september.
En dà¡t ging veranderen. Binnen 1, 2, 3 weken nadat de school weer was begonnen waren de kinderen al ziek, hoesten, verkouden, grieperig…. Niet fijn, gelijk al weer verzuim en eigenlijk mét de vraag hoe kan dat toch? Je mag verwachten dat als kinderen een fijne mooie zomer hebben gehad, veel buiten, zon op de bol en voldoende vitamine D tanken, dat de weerstand flink opgebouwd zou zijn.
Een soort van derde booster, maar dan anders.
Niet dus, en ik vond het een fenomeen. Dat gold ook voor volwassenen, waarvan er onbeschrijflijk veel zijn die ‘alles’ oppakken wat maar rond waart. Ook bijzonder!
Waar is de goede oude tijd, ofwel de weerstand die daar bij hoorde. Verschillen zien, roept ook vragen op. Vragen, die op basis và¡n die verschillen misschien ook beantwoord kunnen worden… Enfin, in die jaren hoestte bijna elk kind zijn/haar longen uit het lijf. Bijna kinkhoest gelijk, met kokhalzen en nachtelijk gespook. Kinkhoest ‘kan niet meer’, want alle kinderen zijn gevaccineerd tegen kinkhoest. Alleen het vervelende bij de kinkhoest is dat deze muteert na onderdrukking. Bij vaccineren onderdrukken we, omdat we geen kinkhoest meer willen doormaken. Maar dan hebben we te maken met de varianten hiervan.
Dat hoesten duurde dan ook zo’n 100 dagen, net als kinkhoest zelf en dan bevonden we ons net weer in de Sinterklaas-tijd, met alle stress van dien. Ook stress is weerstandondermijnend weten we inmiddels.
Ook voor ouders geeft dit stress, natuurlijk. Want hoe regel/red je het allemaal met werken, opvang, school etc. zodat het ook nog voor iedereen leuk blijft? En als ik dan terug kijk in mijn praktijk, naar de jaren daarvoor, dan was het in het najaar altijd rustig en begon het hele griepgebeuren vanaf eind januari, februari en zo rondom carnaval.
Logisch, want het venijn zit in de staart en aan het einde van de winter kan de weerstandsrek er wel een beetje uit zijn. Suppleer je geen vitamine D en C als de befaamde R in de maand is, dan zak je toch rondom die tijd door het ijs. Heel normaal eigenlijk…
Tja, die goede oude tijd… waar is dié gebleven?
Gezondheid én gezond verstand zijn een groot goed. En geeft vaak ook antwoorden op vanuit waarneming ontstane vragen. Toch niet zo gek, een homeopathische APK.
Voorkomen is immers nog steeds beter dan genezen!
Marja Roozendaal, klassiek homeopaat
www.klassiekehomeopathie.nl
Dat wil zeggen, waarnemingen waar ik het antwoord schuldig op moet blijven. Hoewel ik daar natuurlijk wel m’n gedachten over heb. Deze raadsels begonnen een aantal jaren geleden. Wat zullen we zeggen… een jaar of 8 à¡ 9, denk ik. Misschien ook ietsjes langer, want de tijd gaat snel. Normaal gesproken heb je golven in de weerstand van kinderen en volwassenen. Normaal gesproken hadden we bijvoorbeeld een heerlijke zomervakantie, kinderen 6 weken vrij en vol energie weer naar school in september.
En dà¡t ging veranderen. Binnen 1, 2, 3 weken nadat de school weer was begonnen waren de kinderen al ziek, hoesten, verkouden, grieperig…. Niet fijn, gelijk al weer verzuim en eigenlijk mét de vraag hoe kan dat toch? Je mag verwachten dat als kinderen een fijne mooie zomer hebben gehad, veel buiten, zon op de bol en voldoende vitamine D tanken, dat de weerstand flink opgebouwd zou zijn.
Een soort van derde booster, maar dan anders.
Niet dus, en ik vond het een fenomeen. Dat gold ook voor volwassenen, waarvan er onbeschrijflijk veel zijn die ‘alles’ oppakken wat maar rond waart. Ook bijzonder!
Waar is de goede oude tijd, ofwel de weerstand die daar bij hoorde. Verschillen zien, roept ook vragen op. Vragen, die op basis và¡n die verschillen misschien ook beantwoord kunnen worden… Enfin, in die jaren hoestte bijna elk kind zijn/haar longen uit het lijf. Bijna kinkhoest gelijk, met kokhalzen en nachtelijk gespook. Kinkhoest ‘kan niet meer’, want alle kinderen zijn gevaccineerd tegen kinkhoest. Alleen het vervelende bij de kinkhoest is dat deze muteert na onderdrukking. Bij vaccineren onderdrukken we, omdat we geen kinkhoest meer willen doormaken. Maar dan hebben we te maken met de varianten hiervan.
Dat hoesten duurde dan ook zo’n 100 dagen, net als kinkhoest zelf en dan bevonden we ons net weer in de Sinterklaas-tijd, met alle stress van dien. Ook stress is weerstandondermijnend weten we inmiddels.
Ook voor ouders geeft dit stress, natuurlijk. Want hoe regel/red je het allemaal met werken, opvang, school etc. zodat het ook nog voor iedereen leuk blijft? En als ik dan terug kijk in mijn praktijk, naar de jaren daarvoor, dan was het in het najaar altijd rustig en begon het hele griepgebeuren vanaf eind januari, februari en zo rondom carnaval.
Logisch, want het venijn zit in de staart en aan het einde van de winter kan de weerstandsrek er wel een beetje uit zijn. Suppleer je geen vitamine D en C als de befaamde R in de maand is, dan zak je toch rondom die tijd door het ijs. Heel normaal eigenlijk…
Tja, die goede oude tijd… waar is dié gebleven?
Gezondheid én gezond verstand zijn een groot goed. En geeft vaak ook antwoorden op vanuit waarneming ontstane vragen. Toch niet zo gek, een homeopathische APK.
Voorkomen is immers nog steeds beter dan genezen!
Marja Roozendaal, klassiek homeopaat
www.klassiekehomeopathie.nl