Weet Derk Jan Lansink echt niet waar die fakkel voor staat?
Wat nou, intimidatie? Hoezo, associaties met middeleeuwse heksenverbrandingen of de Ku Klux Klan? Dit is gewoon hoe we hier gasten uit den vreemde een warm welkom bereiden. Derk Jan Lansink uit Delden van de boeren bemiddelings beweging Strijders Twente en woordvoerder van het welkomstcomité in Diepenheim formuleerde het in verschillende Main Stream Media (MSM) prachtig aldus: ‘Een vlam staat voor mij voor liefde, warmte en verbinding.’
Kan zo op een tegeltje van Twente Branding.
Maar, de tractoren die boel blokkeerden toen D66 voorvrouw Sigrid Kaag in Diepenheim aankwam, dan? Die vechthond? De man, die in niet mis te verstaan Twents riep dat de heks moest opvliegen (en daartoe ook wel een bezem ter beschikking wilde stellen)? En wat te denken van iemand uit het welkomstcomité die Kaag de hartelijke groeten overbracht van Max (voor diegenen, die de MSM mijden, de man die onlangs in hoger beroep werd veroordeeld voor bedreiging omdat hij Sigrid Kaag bij haar woning had belaagd met een fakkel)?
Ach, Derk Jan Lansink uit Delden vond het allemaal wel gezellig. En die fakkels? Ja, dat had hij zelf niet bedacht, maar vond het om bovengenoemde redenen wel een mooi symbool van een warm Twents welkom.
Zou het echt? Zou Derk Jan Lansink uit Delden echt niet weten wat de boodschap was achter die brandende fakkels in Diepenheim? En zullen straks, als de hondenfluitjes niet meer klinken, zijn volgelingen hun handen in onschuld wassen en roepen dat ze het allemaal niet geweten hebben?
Welaan, voor wat het waard is: Op 3 februari 2022 plaatst journalist en historicus Merlijn Schoonenboom in zijn column voor het Duitsland Instituut de brandende fakkel in een historische context. Een maand eerder heeft bovengenoemde Max van den B. met een brandende fakkel voor de woning van Sigrid Kaag gestaan. Schoonenboom maakt dan een vergelijking met Duitsland, waar de fakkel al langer tot het ‘instrumentarium’ van corona-demonstranten behoort. Zo is in de deelstaat Saksen in december 2021 de regionale minister van Gezondheid in haar huis belaagd door demonstranten met brandende fakkels.
Zou Max van den B. dat niet geweten hebben?
Probleem in Duitsland is, zo schetst Schooneboom in zijn column, dat brandende fakkels ook in de media direct in verband worden gebracht met intimidatie van extreem rechts. Waarbij dan vaak wordt gerefereerd aan de Weimar Republiek, toen extreemrechts met brandende fakkels door de straten marcheerde in politiek instabiele tijden.
Het verwarrende in het Duitsland van nu is volgens Schooneboom dat niet alleen overtuigde neonazi’s de fakkel inzetten, maar ook corona-demonstranten, die de gevestigde orde juist als nazi’s bestempelen, door wie ze in hun vrijheid worden beperkt.
Ik was er niet bij, daar in Diepenheim, maar – afgaande op wat ik er middels de MSM van meekreeg – kan ik me niet aan de indruk onttrekken dat het welkomstcomité bestond uit een explosieve cocktail van beide bovengenoemde kampen. Plus wat verwarde en makkelijk te beïnvloeden boze lieden, die niet precies weten op wie ze hun boosheid moeten richten.
Dat is bepaald niet zo onschuldig als Derk Jan Lansink uit Delden het graag wil doen voorkomen.
Ik citeer hier de slotalinea van de column van Merlijn Schooneboom: ‘Het hedendaagse Duitsland heeft meer ervaring dan Nederland met radicale subculturen en daaruit blijkt dat historische symboliek inderdaad een opzwepend effect op de werkelijkheid kan hebben. Of een demonstrant zich nu als ‘nazi’ ziet of juist als ‘verzetsstrijder’: een historische legitimatie kan ook een groepje ‘idioten’ net dat laatste zetje geven tot geweld’.
Daar heb ik eigenlijk niets aan toe te voegen.
Wellicht dat Derk Jan Lansink uit Delden nog iets constructiefs te binnen schiet?
Kan zo op een tegeltje van Twente Branding.
Maar, de tractoren die boel blokkeerden toen D66 voorvrouw Sigrid Kaag in Diepenheim aankwam, dan? Die vechthond? De man, die in niet mis te verstaan Twents riep dat de heks moest opvliegen (en daartoe ook wel een bezem ter beschikking wilde stellen)? En wat te denken van iemand uit het welkomstcomité die Kaag de hartelijke groeten overbracht van Max (voor diegenen, die de MSM mijden, de man die onlangs in hoger beroep werd veroordeeld voor bedreiging omdat hij Sigrid Kaag bij haar woning had belaagd met een fakkel)?
Ach, Derk Jan Lansink uit Delden vond het allemaal wel gezellig. En die fakkels? Ja, dat had hij zelf niet bedacht, maar vond het om bovengenoemde redenen wel een mooi symbool van een warm Twents welkom.
Zou het echt? Zou Derk Jan Lansink uit Delden echt niet weten wat de boodschap was achter die brandende fakkels in Diepenheim? En zullen straks, als de hondenfluitjes niet meer klinken, zijn volgelingen hun handen in onschuld wassen en roepen dat ze het allemaal niet geweten hebben?
Welaan, voor wat het waard is: Op 3 februari 2022 plaatst journalist en historicus Merlijn Schoonenboom in zijn column voor het Duitsland Instituut de brandende fakkel in een historische context. Een maand eerder heeft bovengenoemde Max van den B. met een brandende fakkel voor de woning van Sigrid Kaag gestaan. Schoonenboom maakt dan een vergelijking met Duitsland, waar de fakkel al langer tot het ‘instrumentarium’ van corona-demonstranten behoort. Zo is in de deelstaat Saksen in december 2021 de regionale minister van Gezondheid in haar huis belaagd door demonstranten met brandende fakkels.
Zou Max van den B. dat niet geweten hebben?
Probleem in Duitsland is, zo schetst Schooneboom in zijn column, dat brandende fakkels ook in de media direct in verband worden gebracht met intimidatie van extreem rechts. Waarbij dan vaak wordt gerefereerd aan de Weimar Republiek, toen extreemrechts met brandende fakkels door de straten marcheerde in politiek instabiele tijden.
Het verwarrende in het Duitsland van nu is volgens Schooneboom dat niet alleen overtuigde neonazi’s de fakkel inzetten, maar ook corona-demonstranten, die de gevestigde orde juist als nazi’s bestempelen, door wie ze in hun vrijheid worden beperkt.
Ik was er niet bij, daar in Diepenheim, maar – afgaande op wat ik er middels de MSM van meekreeg – kan ik me niet aan de indruk onttrekken dat het welkomstcomité bestond uit een explosieve cocktail van beide bovengenoemde kampen. Plus wat verwarde en makkelijk te beïnvloeden boze lieden, die niet precies weten op wie ze hun boosheid moeten richten.
Dat is bepaald niet zo onschuldig als Derk Jan Lansink uit Delden het graag wil doen voorkomen.
Ik citeer hier de slotalinea van de column van Merlijn Schooneboom: ‘Het hedendaagse Duitsland heeft meer ervaring dan Nederland met radicale subculturen en daaruit blijkt dat historische symboliek inderdaad een opzwepend effect op de werkelijkheid kan hebben. Of een demonstrant zich nu als ‘nazi’ ziet of juist als ‘verzetsstrijder’: een historische legitimatie kan ook een groepje ‘idioten’ net dat laatste zetje geven tot geweld’.
Daar heb ik eigenlijk niets aan toe te voegen.
Wellicht dat Derk Jan Lansink uit Delden nog iets constructiefs te binnen schiet?
