Wegwuiven van ‘graaiflatie’ leidt tot polarisatie
Het was weer een onaangename verrassing op het scherm van de supermarktkassa. Niet klagen, relativeer ik. Mensen die het financieel zwaar hebben mogen klagen. Als ik de kassià¨re vraag hoe klanten reageren op de dagelijkse prijsverhogingen, kijkt ze me moeilijk aan en zucht diep: ‘Sommige klanten leggen met schaamte producten terug en anderen zijn boos op ons. Ze kunnen het niet meer betalen. Het is heel triest en pijnlijk.’ Ik slik even en heb dan zowel met deze klanten als het supermarktpersoneel te doen.
Deze reacties van klanten zijn niet vreemd, want tegen deze ‘graaiflatie’ -bedrijven, die miljardenwinsten maken terwijl werknemers erop achteruitgaan-, valt niet tegenaan te bezuinigen. Je kunt kleinere verpakkingen kopen of minder gaan eten, maar op een gegeven moment is de bodem bereikt.
Klaas Knot, president van de Nederlandsche Bank en een aantal kabinetsleden willen niet dat we het woord ‘graaiflatie’ gebruiken, want dat is ‘polariserend’ en ‘emotie’.
Maar, als iemand zoiets tegen mij zegt, ga ik dit ostentatief juist vaker roepen.
Er zal wel een kern van waarheid in zitten, anders kun je deze makkelijke en wegwuivende reactie niet verklaren van hen. ‘Graaiflatie’ is geen populisme, het is een feit. De Rabobank zocht het uit: verkoopprijzen bleken harder te zijn gestegen dan inkoopprijzen. Unilever en Ahold hebben het afgelopen jaar forse winsten gemaakt en de aandeelhouders behaagd met nog meer winsten ten koste van ‘de gewone man’. Zo zorgt elke crisis - of het nu gaat om corona, energie of inflatie - dat de arme armer wordt en de rijke rijker wordt.
Maar, wij mogen niet zeuren over deze forse winsten, want dat leidt tot ‘polarisatie’.
Frankrijk ziet dit probleem wel en toont leiderschap. De Franse regering heeft met levensmiddelenfabrikanten afspraken gemaakt over prijsverlaging van basisproducten zoals olie en pasta. Zeker nu de inkoopprijzen zijn gedaald kunnen de verkoopprijzen omlaag.
Andere landen, zoals Griekenland en Hongarije, zijn Frankrijk voorgegaan met het opleggen van deze prijsverlagingen.
Laat het kabinet het voorbeeld van deze landen volgen, want de inflatie in Nederland is nu hoger dan in andere Europese landen. En supermarkten en levensmiddelenfabrikanten moeten hun maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen en hun prijzen verlagen. Want als volgens de behoeftepiramide van Maslow de meest basale behoefte - eten en drinken - niet meer bevredigd kan worden, dan kan een mens niet functioneren en is het hek van de dam.
Een volksopstand is dan niet ver weg.
Kortom, het negeren van ‘graaiflatie’ leidt tot polarisatie.
Deze reacties van klanten zijn niet vreemd, want tegen deze ‘graaiflatie’ -bedrijven, die miljardenwinsten maken terwijl werknemers erop achteruitgaan-, valt niet tegenaan te bezuinigen. Je kunt kleinere verpakkingen kopen of minder gaan eten, maar op een gegeven moment is de bodem bereikt.
Klaas Knot, president van de Nederlandsche Bank en een aantal kabinetsleden willen niet dat we het woord ‘graaiflatie’ gebruiken, want dat is ‘polariserend’ en ‘emotie’.
Maar, als iemand zoiets tegen mij zegt, ga ik dit ostentatief juist vaker roepen.
Er zal wel een kern van waarheid in zitten, anders kun je deze makkelijke en wegwuivende reactie niet verklaren van hen. ‘Graaiflatie’ is geen populisme, het is een feit. De Rabobank zocht het uit: verkoopprijzen bleken harder te zijn gestegen dan inkoopprijzen. Unilever en Ahold hebben het afgelopen jaar forse winsten gemaakt en de aandeelhouders behaagd met nog meer winsten ten koste van ‘de gewone man’. Zo zorgt elke crisis - of het nu gaat om corona, energie of inflatie - dat de arme armer wordt en de rijke rijker wordt.
Maar, wij mogen niet zeuren over deze forse winsten, want dat leidt tot ‘polarisatie’.
Frankrijk ziet dit probleem wel en toont leiderschap. De Franse regering heeft met levensmiddelenfabrikanten afspraken gemaakt over prijsverlaging van basisproducten zoals olie en pasta. Zeker nu de inkoopprijzen zijn gedaald kunnen de verkoopprijzen omlaag.
Andere landen, zoals Griekenland en Hongarije, zijn Frankrijk voorgegaan met het opleggen van deze prijsverlagingen.
Laat het kabinet het voorbeeld van deze landen volgen, want de inflatie in Nederland is nu hoger dan in andere Europese landen. En supermarkten en levensmiddelenfabrikanten moeten hun maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen en hun prijzen verlagen. Want als volgens de behoeftepiramide van Maslow de meest basale behoefte - eten en drinken - niet meer bevredigd kan worden, dan kan een mens niet functioneren en is het hek van de dam.
Een volksopstand is dan niet ver weg.
Kortom, het negeren van ‘graaiflatie’ leidt tot polarisatie.