Ben Siemerink, hoofdredacteur TKKR

Waarom zou in Twente niet kunnen wat op Schier kan?

27 oktober 2024, 02:19
We waren een paar dagen op Schiermonnikoog. Even uitwaaien op ons favoriete Waddeneiland, vertrouwd inmiddels, want we komen er al een paar decennia, soms wel twee keer per jaar. Een verademing, letterlijk en figuurlijk, elke keer weer.

Ook dit keer, al was ’t maar om eens een paar dagen in een omgeving te verkeren zonder omgekeerde vlaggen en andere uitingen van (boeren)protest. Echt, geen omgekeerde nationale driekleur gezien, tijdens onze fietstochtjes naar alle inmiddels overbekende uithoeken van het eiland. Enkel een onopvallende verzuchting in het Fries op landbouwplastic: Bieuwr wazze, bieuwr blieuwe. Wat zoveel betekent als: boer zijn, boer blijven.

Die hartenkreet laat meteen ook zien dat het kan: boer blijven na de onontkoombare transitie. Zeven (zuivel)boeren op Schiermonnikoog slaagden er in hun veestapel met 40 procent in te krimpen. In aantallen: van 606 naar 375. Gemakkelijk ging ’t niet. Je zou zelfs kunnen spreken van een opgave van bijbelse proporties. Het kostte de 7 boeren maar liefst 7 lange jaren om de inkrimping van hun veestapel ook daadwerkelijk te realiseren. Maar het is dus gelukt. De trotse zuivelboeren van Schier, zoals ze zichzelf noemen, halen inmiddels meer waarde uit minder melk, door zelf hun kazen te maken, die in een winkel in het dorp worden verkocht.

Win, win, win, win. Voor de boeren, voor de (weide)vogels, voor de toeristen, die voor de rust, ruimte en ongerepte natuur naar het eiland komen. En nog circulair ook, omdat die toeristen nu producten van het eiland op het eiland kunnen kopen. Veel korter kan de keten niet.

Op Schier wordt intussen ook op andere terreinen van de vele noden die ons land (en dus ook onze eilanden) momenteel kent een deugd gemaakt. Dat konden we proefondervindelijk vaststellen tijdens ons verblijf in een hotel. Het kennelijke personeelstekort in de bediening werd daar opgelost met de inzet van arbeidsmigranten/vluchtelingen/asielzoekers/gelukszoekers (doorhalen wat niet verlangd wordt). Onderling werd er vloeiend Spaans, gebroken Duits, Engels en Nederlands, alsmede een onbestemde Oosteuropees aandoende taal gesproken. Bij het plaatsen van een bestelling leverde die grote verscheidenheid aan taal- en cultuurachtergronden nauwelijks tot geen misverstanden op. Ook al omdat de welwillendheid van beide kanten groot was: samen komen we er wel uit. Zo was ik er persoonlijk getuige van hoe een gast op het terras bij een ober, afkomstig van Tenerife, een jonge jenever bestelde. Hij proefde het woord even op z’n tong en zette even later de bestelling – keurig met een oer-Hollands kopje - met een brede grijns voor de gast op tafel.

Een dag later informeerden we bij hem waarom hij in godsnaam het immer zonnige en warme Tenerife had verruild voor Schiermonnikoog, waar het na een paar zonnige herfstdagen inmiddels kil en regenachtig was geworden. Lachend liet hij in steenkolen-Engels weten dat hij naar Schier was gekomen vanwege de wisseling van de seizoenen. ‘Altijd 20 graden en zon is helemaal niet zo leuk als jullie Nederlanders denken.’

Terug op oale groond vroeg ik me af: waarom kan op Schiermonnikoog wel wat elders in ons land tot onrust, oproer en omgekeerde vlaggen leidt? Omdat het een eiland is? Heeft dat te maken met de schaal? En als dat zo is, waarom zou zoiets dan niet in Twente kunnen?

Welaan, er zijn voorzichtige tekenen dat het hier zou kunnen. Zo hebben begin dit jaar zes Twentse boeren de handen ineen geslagen om van hun gezamenlijk geproduceerde melk ‘donders lekkere kees’ te maken: Kaas oet Twente. Of daarmee ook hun veestapel (en daarmee de stikstofuitstoot) flink wordt gereduceerd, weet ik niet. Maar, het is een begin. Zelfs als de zes Twentse boeren net zo lang over hun transitie doen als hun collega’s op Schier, zijn ze ruim voor 2030 klaar…