Tussen de linies
Wat is meesterschap?
New York City. Op 53rd Street. Tussen Fifth en Sixth Avenue bevindt zich het MoMA. Hier stappen jaarlijks drie miljoen mensen langs blikken Campbell’s tomatensoep en Marilyn Monroe in allerlei kleuren om uiteindelijk stil te staan bij de Sterrennacht van Vincent van Gogh. Waarom? Wat zet mensen ertoe om de straten van Manhattan te verlaten om in een slurf naar een klein blauw en geel schilderijtje te bewegen?
YouTube. Een veertig tellen durend filmpje is meer dan driehonderdvijftigduizend keer bekeken. Wat er te zien is? Een steekbal van Robert Pires op Dennis Bergkamp, die in een beweging de bal aanneemt, opwipt, om verdediger Nikos Dabizas heen draait en koeltjes afrondt. Allemaal binnen twee tellen en op een manier die zo eenvoudig oogt, dat het lijkt alsof het dagelijkse kost is. Even een wasje draaien, even een ei bakken, even koffiezetten.
Tientallen keren heb ik getracht die beweging na te doen. Mijn broertje die de bal inspeelde, een vriendje in mijn rug en draaien maar. Keer op keer falend. Misselijkmakend. En na tien pogingen draaiden we door, niet beseffend dat wij nooit zouden slagen; dat wij wel leerling waren, maar nooit meester konden worden. Niet die meester. Niet Dennis Bergkamp.
Je hebt namelijk meesters en grootmeesters. Kijk: een akka à la Ronaldinho is te doen; de draai van Cruijff vergt lenigheid en timing; de pirouette van Zidane is eenvoudig (op een trapveldje tenminste), maar de beweging die Dennis Bergkamp tegen Newcastle United maakte is niet te reproduceren.
2 maart 2002. De dag dat het mooiste doelpunt ooit gemaakt is, al voetballen we nog duizend jaar. Newcastle United tegen Arsenal. Aannemen, wegdraaien, afronden. Meer kan ik er niet van maken: er bestaat geen pen die wonderen kan beschrijven. Wat toen gebeurde was meesterschap.
Maar wat is dat, meesterschap? Dat wat moeilijk is, makkelijk laten lijken. Iets creëren dat tegelijkertijd compleet nieuw als herkenbaar is. Nee. Dat zijn voorwaarden en uitkomsten van meesterschap, maar geen definities ervan.
Doe je ogen dicht en denk aan de Sterrennacht. Je ziet hem zo voor je. Silhouet van een dorp. De draaiende sterrenregen erboven. En nu die pirouette van Dennis Bergkamp. Ogen dicht! Zie je het? De aanname. De draai. De afronding. Die beelden zijn ingelijst. Niet in een gouden raam, maar in gedachten. Meesterwerken.
Een kwastbeweging die drie miljoen mensen ertoe beweegt vijfentwintig dollar neer te leggen om in een lange rij aan te sluiten, een balaanname die duizenden kinderen (en volwassenen) inspireert om al pirouetterend trapveldjes tot modder te draaien: dat is meesterschap.
Bedankt. Dennis en Vincent. Bedankt.
YouTube. Een veertig tellen durend filmpje is meer dan driehonderdvijftigduizend keer bekeken. Wat er te zien is? Een steekbal van Robert Pires op Dennis Bergkamp, die in een beweging de bal aanneemt, opwipt, om verdediger Nikos Dabizas heen draait en koeltjes afrondt. Allemaal binnen twee tellen en op een manier die zo eenvoudig oogt, dat het lijkt alsof het dagelijkse kost is. Even een wasje draaien, even een ei bakken, even koffiezetten.
Tientallen keren heb ik getracht die beweging na te doen. Mijn broertje die de bal inspeelde, een vriendje in mijn rug en draaien maar. Keer op keer falend. Misselijkmakend. En na tien pogingen draaiden we door, niet beseffend dat wij nooit zouden slagen; dat wij wel leerling waren, maar nooit meester konden worden. Niet die meester. Niet Dennis Bergkamp.
Je hebt namelijk meesters en grootmeesters. Kijk: een akka à la Ronaldinho is te doen; de draai van Cruijff vergt lenigheid en timing; de pirouette van Zidane is eenvoudig (op een trapveldje tenminste), maar de beweging die Dennis Bergkamp tegen Newcastle United maakte is niet te reproduceren.
2 maart 2002. De dag dat het mooiste doelpunt ooit gemaakt is, al voetballen we nog duizend jaar. Newcastle United tegen Arsenal. Aannemen, wegdraaien, afronden. Meer kan ik er niet van maken: er bestaat geen pen die wonderen kan beschrijven. Wat toen gebeurde was meesterschap.
Maar wat is dat, meesterschap? Dat wat moeilijk is, makkelijk laten lijken. Iets creëren dat tegelijkertijd compleet nieuw als herkenbaar is. Nee. Dat zijn voorwaarden en uitkomsten van meesterschap, maar geen definities ervan.
Doe je ogen dicht en denk aan de Sterrennacht. Je ziet hem zo voor je. Silhouet van een dorp. De draaiende sterrenregen erboven. En nu die pirouette van Dennis Bergkamp. Ogen dicht! Zie je het? De aanname. De draai. De afronding. Die beelden zijn ingelijst. Niet in een gouden raam, maar in gedachten. Meesterwerken.
Een kwastbeweging die drie miljoen mensen ertoe beweegt vijfentwintig dollar neer te leggen om in een lange rij aan te sluiten, een balaanname die duizenden kinderen (en volwassenen) inspireert om al pirouetterend trapveldjes tot modder te draaien: dat is meesterschap.
Bedankt. Dennis en Vincent. Bedankt.