Ben Siemerink, hoofdredacteur TKKR
Als zelfs de grap van harde heelmeester niet meer werkt
Vorige week schreef ik er op deze plek al over, het voorlopig laatste optreden van de Diepenheimse cabaretier André Manuel in het theater. Een magische avond, met dubbele gevoelens. Immers, hij was net weer begonnen en toen mocht het alweer niet meer. Want, corona. Zijn schitterende lied over de magie van optreden in het theater, de interactie met het publiek, die hij zo miste, klonk deze avond hartverscheurender en urgenter dan ooit.
Manuel was weer eens zijn podium kwijt, zijn bestaansrecht. Want voor André Manuel is optreden geen hobby – zoals in liberale politieke kringen wel eens wordt gedacht en gezegd – maar een innerlijke noodzaak en ook nog eens gewoon z’n vak. Hij is cabaretier, musicus, satiricus. Zeg maar, de hofnar van onze verwarrende, benarde, moderne tijd. Iemand, die er voor wordt betaald om de boven hem en ons gestelden, eigenlijk ons allemaal, een lachspiegel voor te houden. Manuel heeft, zo mag intussen wel bekend worden verondersteld, een nogal eigenzinnige taakopvatting over zijn vak als eigentijdse nar. Laat ik het zo zeggen, hij houdt zijn publiek niet zozeer een lachspiegel voor, nee, hij duwt degenen die hij op de korrel neemt er hardhandig en met sardonisch genoegen met de snufferd in. Tot het pijn doet, als ’t moet.
En André Manuel vindt dat het moet. Grappen maken. Harde grappen maken. Want zachte grappenmakers maken stinkende wonden in onze door Het Virus en de sociale media totaal verziekte samenleving. Hoe het ook zij, Manuel is als harde heelmeester zijn podium weer eens kwijt. Maar gelukkig heeft hij nog een podium: de zaterdagbijlage van de regionale courant. Daarin heeft Manuel een column waarin hij op papier ongeveer hetzelfde doet wat hij doorgaans in het theater doet. Harde grappen maken, dus. Zoals vorige week, toen hij op onnavolgbare wijze zijn ideeën voor de ‘opvang’ van anti-vaxxers uiteenzette. Ik vond het een meesterlijke, hilarische column, waar de ironie van af droop. Daar dacht, zoals te verwachten viel, een klein deel van onze totaal gepolariseerde samenleving (zeg maar, het deel dat vatbaar is voor complottheorieën en ironie niet vat) heel anders over.
Uit kringen dicht rondom Manuel vernam ik al dat hij ernstig was bedreigd vanwege die column. Benieuwd, dus, of hij er een week later op zijn vrijplaats in de regionale courant nog iets over zou zeggen. De kop beloofde al niet veel goeds:
ZELFS DE GRAP WERKT NIET MEER.
Een duidelijk aangeslagen Manuel komt in zijn column tot een treurige conclusie: hij heeft feitelijk geen bestaansrecht meer als satiricus. Omdat ironie, humor, grappen niet meer worden begrepen of zelfs averechts werken in dit tijdsgewricht.
Dat is ernstig. Zo ernstig, dat zelfs Manuel er geen grap meer over kan maken. Een grap van hem zou het alleen maar erger maken. En het is al erg als we hem mogen geloven: de haat, de boosheid, de doodsbedreigingen, die hij kreeg vanwege zijn grappen over anti-vaxxers. Het meest verontrustend vind ik persoonlijk nog dat Manuel in zijn column zegt dat hij al satiricus nog nooit eerder op dit punt is beland. ‘Dat we niet meer in staat zijn om de ellende weg te lachen’.
Ik heb natuurlijk makkelijk praten, omdat ik m’n brood niet hoef te verdienen met het maken van harde grappen, maar André, graag de volgende keer er weer met gestrekt been in! En als het allemaal nog erger wordt, mag je vast wel bij Claudia de Breij….
Ben Siemerink
Manuel was weer eens zijn podium kwijt, zijn bestaansrecht. Want voor André Manuel is optreden geen hobby – zoals in liberale politieke kringen wel eens wordt gedacht en gezegd – maar een innerlijke noodzaak en ook nog eens gewoon z’n vak. Hij is cabaretier, musicus, satiricus. Zeg maar, de hofnar van onze verwarrende, benarde, moderne tijd. Iemand, die er voor wordt betaald om de boven hem en ons gestelden, eigenlijk ons allemaal, een lachspiegel voor te houden. Manuel heeft, zo mag intussen wel bekend worden verondersteld, een nogal eigenzinnige taakopvatting over zijn vak als eigentijdse nar. Laat ik het zo zeggen, hij houdt zijn publiek niet zozeer een lachspiegel voor, nee, hij duwt degenen die hij op de korrel neemt er hardhandig en met sardonisch genoegen met de snufferd in. Tot het pijn doet, als ’t moet.
En André Manuel vindt dat het moet. Grappen maken. Harde grappen maken. Want zachte grappenmakers maken stinkende wonden in onze door Het Virus en de sociale media totaal verziekte samenleving. Hoe het ook zij, Manuel is als harde heelmeester zijn podium weer eens kwijt. Maar gelukkig heeft hij nog een podium: de zaterdagbijlage van de regionale courant. Daarin heeft Manuel een column waarin hij op papier ongeveer hetzelfde doet wat hij doorgaans in het theater doet. Harde grappen maken, dus. Zoals vorige week, toen hij op onnavolgbare wijze zijn ideeën voor de ‘opvang’ van anti-vaxxers uiteenzette. Ik vond het een meesterlijke, hilarische column, waar de ironie van af droop. Daar dacht, zoals te verwachten viel, een klein deel van onze totaal gepolariseerde samenleving (zeg maar, het deel dat vatbaar is voor complottheorieën en ironie niet vat) heel anders over.
Uit kringen dicht rondom Manuel vernam ik al dat hij ernstig was bedreigd vanwege die column. Benieuwd, dus, of hij er een week later op zijn vrijplaats in de regionale courant nog iets over zou zeggen. De kop beloofde al niet veel goeds:
ZELFS DE GRAP WERKT NIET MEER.
Een duidelijk aangeslagen Manuel komt in zijn column tot een treurige conclusie: hij heeft feitelijk geen bestaansrecht meer als satiricus. Omdat ironie, humor, grappen niet meer worden begrepen of zelfs averechts werken in dit tijdsgewricht.
Dat is ernstig. Zo ernstig, dat zelfs Manuel er geen grap meer over kan maken. Een grap van hem zou het alleen maar erger maken. En het is al erg als we hem mogen geloven: de haat, de boosheid, de doodsbedreigingen, die hij kreeg vanwege zijn grappen over anti-vaxxers. Het meest verontrustend vind ik persoonlijk nog dat Manuel in zijn column zegt dat hij al satiricus nog nooit eerder op dit punt is beland. ‘Dat we niet meer in staat zijn om de ellende weg te lachen’.
Ik heb natuurlijk makkelijk praten, omdat ik m’n brood niet hoef te verdienen met het maken van harde grappen, maar André, graag de volgende keer er weer met gestrekt been in! En als het allemaal nog erger wordt, mag je vast wel bij Claudia de Breij….
Ben Siemerink